Kerkenplan

Kerkenplan

In 2013 lanceerde toenmalig minister Geert Bourgeois het parochiekerkenplan, met als doel per gemeente een toekomstvisie voor de kerkgebouwen te ontwikkelen. Dit plan moest duidelijk maken welke kerken behouden konden blijven, welke een nieuwe bestemming moesten krijgen en welke eventueel gesloopt moesten worden.

De aanleiding waren de hoge onderhoudskosten van kerkgebouwen, die een aanzienlijke financiële last vormden voor de samenleving. Voor politici en minder betrokken burgers zijn parochies vergelijkbaar met verenigingen: ze mogen bestaan, maar als ze slechts een beperkt aantal leden tellen, kunnen ze slechts in beperkte mate op subsidies rekenen. Vanuit die invalshoek werd het steeds minder verdedigbaar dat gemeenten grote sommen geld bleven investeren in gebouwen die uitsluitend voor katholieke erediensten gebruikt mochten worden—los van de terugkerende hoge onderhoudskosten om de paar decennia.

De afgelopen jaren nam de druk vanuit de samenleving en de politiek verder toe. De daling van het aantal kerkgangers, doopsels en huwelijken, gecombineerd met misbruikschandalen, versterkte het idee dat één kerk per gemeente zou moeten volstaan.

Tegelijk leeft bij velen de wens om alle kerken te behouden en regelmatig open te stellen. Kerkgebouwen hebben een rijke geschiedenis en betekenen veel meer dan enkel de zondagsviering of de diensten die er plaatsvinden.

Dit brengt ons bij een dilemma: velen willen dat de kerken kerk blijven, maar de realiteit maakt dit steeds moeilijker. De groep die verantwoordelijk is voor het onderhoud van de kerkgebouwen wordt steeds kleiner, net als de gemeenschap die de pastorale werking draagt en de gelovigen die de diensten bijwonen.

In Mortsel werd daarom in 2018 een kerkenplan opgesteld waarin werd vastgelegd dat de Sint-Benedictuskerk en de Heilig-Kruiskerk voor de lange termijn behouden zouden blijven, terwijl de Sint-Lodewijkkerk, Heilige-Bernadettekerk en Sint-Jozefkerk binnen vijf jaar geëvalueerd zouden worden. Nu, in 2025, is die termijn verstreken.

In Edegem ontstond in 2019 een ontwerp van een kerkenplan, maar dit werd nooit definitief goedgekeurd. Het uitgangspunt was dat de basiliek en de Sint-Antoniuskerk behouden zouden blijven als kerken, terwijl de Sint-Jozefkerk en de Heilige-Familiekerk een nieuwe bestemming zouden krijgen.

De vorige Vlaamse regering besloot dat bij aanvang van elke nieuwe gemeentelijke legislatuur een nieuw kerkenplan moest worden voorgelegd. In Edegem is dat plan inmiddels goedgekeurd en wacht het enkel nog op stemming in de gemeenteraad in mei. In Mortsel is het plan nog in ontwikkeling, maar de grote lijnen zijn al duidelijk.

Voor Edegem betekent dit dat de basiliek behouden blijft als bedevaartskerk en een centrale rol blijft spelen in de grote pastorale diensten. De Sint-Antoniuskerk, als oudste kerk van de gemeente, blijft behouden voor kleinere diensten en gebedsmomenten. De Sint-Jozefkerk krijgt een nieuwe bestemming, waarover momenteel overleg plaatsvindt—nog dit jaar moet duidelijk worden of en hoe de kerk onderdeel kan zijn van een groter project op de Sint-Jozefsite, samen met de Schransgebouwen, de turnzaal en de pastorie. De Heilige-Familiekerk krijgt iets meer tijd voor haar herbestemming; de gemeente wil haar gebruiken als culturele ruimte.

In Mortsel wordt de Sint-Benedictuskerk behouden als moederkerk en blijft ook de Heilig-Kruiskerk in functie. De andere drie kerken krijgen een nieuwe bestemming, maar de exacte invulling is nog niet bekend. Tegen het einde van het jaar wordt hier meer duidelijkheid over verwacht.

About the author

Dirk Van de Poel administrator

Leave a Reply

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.