O ja… Mensen die nood hebben zijn er altijd en op feestelijke dagen zoals Pasen wordt die nood soms onverwacht zichtbaar.
Er kwam een vraag, op stille zaterdag… Kan je me een klein beetje geld lenen? Het OCMW zou voorschotten storten en ze zijn er niet. Ik kan de verantwoordelijke al enkele dagen niet bereiken. Die is met vakantie. Niemand kan/wil me helpen. “Ik wil zo graag Paaseieren voor mijn zoontje kopen. Maar ik heb niets. Ik kan niets.”
Ik was machteloos… Ik zat nog in Oostenrijk. Ik kon niet snel wat geld of paaseieren brengen… Maar er zijn WhatsAppgroepen in onze Pe. Mensen die zich beschikbaar stellen om te helpen. Ik plaatste snel een oproep. Meer kon ik niet doen.
Maar meer moest er ook niet gebeuren. Nog voor ik de tweede oproep had geplaatst, was er al reactie. De klokken, Paashazen of beter de warme parochianen zouden het oplossen.
’s Avond kreeg ik volgend bericht: “Uit de grond van mijn hart danku, ik was gaan wandelen en heb buiten geen internet. Maar toen ik net thuis kwam zag ik het verstopt pakje liggen. Mijn zoon gaat zo zo zo blij zijn morgen.”
Dank aan de gulle gevers!
Maar ook aan al de anderen (en dat waren er heel wat) die hun hulp aanboden
DANKJEWEL en zalig Pasen.Iemand zei me waarover dit gaat met een korte en duidelijke zin:
“Het is van het Koninkrijk dat we zo elkaar kunnen en mogen helpen.”